Go to content

Huurkoop

Ondernemingen die producten aan consumenten aanbieden op basis van ‘huurkoop’, moeten een vergunning hebben van de AFM. Huurkoop is een vorm van koop op afbetaling en van goederenkrediet en daarmee een consumptief krediet, dat onder de Wet financieel toezicht valt.

Wat is huurkoop?

Bij huurkoop krijgt de consument het juridische eigendom van het product niet direct bij de fysieke levering van het product, zoals bij koop, maar pas later, na het vervullen van bepaalde voorwaarden. Die voorwaarden zijn bijvoorbeeld het voldoen van alle termijnbetalingen en het betalen van een koopprijs aan het einde van de huurperiode.

Als aanbieders producten verhuren en consumenten verplichten om na de huurperiode het eigendom van het product over te nemen of te kopen, is hoe dan ook sprake van huurkoop. Er is ook sprake van huurkoop als de consument de mogelijkheid heeft het eigendom over te nemen of te kopen (onverplichte koopoptie) en het de intentie (anders gezegd de bedoeling) of strekking van de overeenkomst is om de consument de eigenaar te laten worden van het product.

Wat is het verschil tussen huurkoop en gewone huur? 

Het onderscheid tussen ‘gewone’ huur en huurkoop is niet altijd gemakkelijk te maken. Centraal bij huurkoop staat de bedoeling om het product van eigenaar te laten veranderen (eigendomsoverdracht). De huurovereenkomst krijgt daardoor het karakter van een financiering. Als een huurovereenkomst niet die bedoeling heeft, is sprake van gewone huur en niet van huurkoop. Het aanbieden van een huurovereenkomst valt niet onder de Wet op het financieel toezicht.

Ook een overeenkomst met de benaming “huurovereenkomst” of “lease-overeenkomst” kan gelden als huurkoop. Een huurovereenkomst wordt in ieder geval aangemerkt als huurkoop als deze voor de consument de verplichting bevat het gehuurde uiteindelijk te kopen. Een huurovereenkomst wordt ook als huurkoop beschouwd als die een koopoptie bevat en de intentie heeft het eigendom van het product te laten overgaan op de consument. Die intentie kan er bijvoorbeeld uit blijken als de consument aan het einde van de vaste looptijd tegen een (zeer) geringe prijs het product kan overnemen. Juridisch spreken we dan van een “urgerende koopoptie”. Een andere aanwijzing voor huurkoop is wanneer het teruggeven van het product ongunstig of erg moeilijk is voor de consument, bijvoorbeeld omdat dit product vastzit aan de woning. Denk daarbij bijvoorbeeld aan zonnepanelen. Alle aanwijzingen staan verderop deze pagina opgesomd.

Wanneer is er sprake van 'gewone' huur

Van ‘gewone’ huur is sprake als een consument tijdelijk een product huurt dat ook weer makkelijk in te leveren is, zoals een fiets. De huurovereenkomst kan door de consument eenvoudig voor het einde van de economische levensduur van het product worden opgezegd, zonder ‘boetes’. Stel dat die huurovereenkomst een onverplichte koopoptie bevat waarmee de consument de fiets kan kopen tegen een marktconforme koopprijs, die niet veel lager is dan de prijs van een vergelijkbare fiets die de consument op dat moment kan kopen, dan is ook in dat geval sprake van ‘gewone’ huur.

Aanwijzingen huurkoop

Als een huurovereenkomst (1) een koopoptie bevat én (2) de intentie heeft het eigendom over te laten gaan op de consument, is sprake van huurkoop en niet van gewone huur. Of een huurovereenkomst de intentie heeft het eigendom over te laten gaan op de consument, hangt af van meerdere factoren. Hieronder is een lijst opgenomen met voorbeelden van aanwijzingen dat een huurovereenkomst met koopoptie eigenlijk huurkoop is. Niet alle aanwijzingen hoeven zich voor te doen om een huurovereenkomst aan te duiden als huurkoop.

  • Uit de overeenkomst en de verstrekte informatie blijkt dat de overeenkomst erop is gericht dat de consument het product overneemt.
  • De prijs van de koopoptie is heel aantrekkelijk voor de consument (“urgerende koopoptie”), bijvoorbeeld omdat die (veel) lager is dan de marktconforme prijs of de restwaarde. Of omdat het product besparingen meebrengt en de koopprijs (veel) lager is dan de nog te voorziene besparingen.
  • De overeenkomst kent een vaste, lange looptijd waardoor de consument voor langere tijd vastzit aan huurtermijnen, waardoor bijvoorbeeld:

    o De vaste huurperiode een groot deel bestrijkt van de economische levensduur, daarmee overeenkomt of langer is;
    o Het product na afloop van de vaste huurperiode zo goed als afgeschreven is en niet meer interessant is voor de verhuurder om terug te nemen;
    o De consument in feite betaalt voor het opgebruiken van het product;
    o De consument een ‘boete’ moet betalen als de consument de overeenkomst tussentijds wil beëindigen, bijvoorbeeld in de vorm van het voldoen van de resterende huurtermijnen.
  • De overeenkomst betreft goederen die vastzitten aan de woning of moeilijk kunnen worden ingeleverd.

Het aanbieden van huurkoop valt onder de Wet op het financieel toezicht

Huurkoop is een vorm van (consumptief) krediet en wordt gereguleerd door de Wet op het financieel toezicht (Wft). Voor het aanbieden van krediet aan consumenten is op grond van artikel 2:60 lid 1 Wft een vergunning van de AFM vereist. Bedrijven die producten via een huurkoopovereenkomst aanbieden aan consumenten moeten dan ook een AFM-vergunning hebben voor het aanbieden van krediet.

Meer informatie

Meer informatie over het aanvragen van een vergunning kunt u vinden op deze website. Heeft u daarna nog vragen, neem dan telefonisch contact op met het Ondernemersloket.