Geschiktheidstoets duurzaamheid
Financiële instellingen, zoals beleggingsondernemingen, banken en verzekeringsadviseurs moeten de geschiktheidstoets uitvoeren bij het geven van beleggingsadvies of het beheren van portefeuilles. Dit zorgt ervoor dat beleggingen aansluiten bij de persoonlijke situatie, doelstellingen en duurzaamheidsvoorkeuren van een klant. Sinds 2022 gelden er specifieke eisen rondom het uitvragen van duurzaamheidsvoorkeuren.
Doel
De geschiktheidstoets duurzaamheidsvoorkeuren is van toepassing op beleggingsondernemingen en banken (MiFID II) en op adviseurs van een verzekering met een beleggingscomponent (IDD). Het doel van de toets is dat beleggingen aansluiten bij de duurzaamheidswensen van klanten. Financiële instellingen moeten actief uitvragen welke duurzaamheidsvoorkeuren een klant heeft en deze meenemen in hun beleggingsadvies of vermogensbeheer. Een zorgvuldige uitvraag van duurzaamheidsvoorkeuren is belangrijk, omdat dit de basis is voor het bepalen van de geschiktheid van de belegging en het voorkomen van een mismatch.
Wat verwacht de AFM van marktpartijen?
• Marktpartijen geven begrijpelijke uitleg over het onderdeel duurzaamheid in de geschiktheidstoets.
• Marktpartijen zijn zorgvuldig bij de inventarisatie van de daadwerkelijke duurzaamheidsvoorkeuren en sturen beleggers niet naar een bepaald(e) product of beleggingsstrategie.
• Marktpartijen voorzien beleggers zo veel mogelijk van geschikte producten, passend bij hun daadwerkelijke/initiële duurzaamheidsvoorkeuren. Er wordt niet gestuurd op aanpassing van voorkeuren.