Go to content

Duiding van de AFM inzake actieve provisietransparantie

Op 1 juli 2024 treedt het Wijzigingsbesluit financiële markten 2023 in werking. Dit besluit bevat de verplichting voor adviseurs en bemiddelaars om de consument actief te informeren over het bedrag van de afsluitprovisie en doorlopende provisie bij schadeverzekeringen. Dit wordt ook wel actieve provisietransparantie genoemd. Met deze interpretatie informeren wij de sector van financieel dienstverleners over een aantal vragen die mogelijk leven naar aanleiding van de invoering van de actieve provisietransparantie. De verplichting tot actieve provisietransparantie geldt voor overeenkomsten die op of na 1 juli 2024 zijn aangegaan.

AFM-visie op provisietransparantie

Op 1 juli 2024 aanstaande treedt het Wijzigingsbesluit financiële markten 2023 in werking. Tot en met 30 juni 2024 geldt voor bestaande overeenkomsten dat de bemiddelaar of adviseur het bedrag van de provisie kenbaar dient te maken wanneer de consument daarom verzoekt. Deze zogenoemde passieve provisietransparantie bij schadeverzekeringen maakt per 1 juli 2024 plaats voor de verplichting tot actieve provisietransparantie voor overeenkomsten die zijn aangegaan op of na 1 juli 2024.

Om de uitvoering van deze regelgeving door financieel dienstverleners en verzekeraars te faciliteren willen wij duidelijkheid verschaffen over onze visie op deze regelgeving. Wij zijn in continue dialoog met sectorpartijen. Onder meer om vroegtijdig eventuele sectorbrede vragen en belemmeringen tijdig te signaleren en adresseren. In dit licht geeft deze duiding antwoord op de meestgestelde vragen.

Doel actieve provisietransparantie

Tot nu toe dienen adviseurs en bemiddelaars op verzoek van de consument het bedrag aan ontvangen provisie kenbaar te maken aan de consument. In de praktijk vragen consumenten hier echter niet of nauwelijks om. De consument weet dan niet welke dienstverlening tegenover de betaalde provisie staat. Uit het nieuwe artikel 86d Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen (BGfo) volgt daarom een verplichting om voorafgaande aan het einde van de dienstverlening, actief de hoogte van de provisie mede te delen aan de consument. Daarmee krijgen consumenten in alle gevallen inzicht in de hoogte van de provisie, ook als zij hier niet zelf naar informeren. Het doel is dat hierdoor het gesprek over de dienstverlening op gang komt doordat consumenten begrijpen dat zij:
 
  1. de adviseur/bemiddelaar (indirect) betalen; 
  2. een beroep kunnen doen op dienstverlening
  3. de te verwachten dienstverlening kunnen afzetten tegenover de in rekening gebrachte prijs.

Dit stelt consumenten ook in staat om kosten te vergelijken in verhouding tot de prijs en dienstverlening. Op die manier kunnen consumenten ook verschillende kanalen en adviseurs/bemiddelaars met elkaar vergelijken.

Vorm actieve provisietransparantie

Om het gesprek aan te gaan over de dienstverlening is het belangrijk dat consumemten tijdig geïnformeerd worden over het exacte bedrag van de provisie en uiterlijk voordat de bemiddelaar zijn bemiddeling heeft afgerond of de adviseur zijn advies heeft gegeven. 

Zo exact mogelijk kan hierbij een uitdaging zijn, omdat de gegevens om de precieze omvang van de provisie te kunnen berekenen niet altijd vroeg in het traject beschikbaar zijn. Uitgangspunt is om het exacte bedrag te communiceren. Als het exacte bedrag (nog) niet bekend is, heeft de adviseur of bemiddelaar de mogelijkheid om te volstaan met een zo nauwkeurig mogelijke indicatie van de exacte provisie. Hiervoor bestaat het concept ‘fijnmazig gemiddeld’. Hierbij gaat een adviseur of bemiddelaar uit van vergelijkbare producten met vergelijkbare risicodekkingen. Belangrijk hierbij is dat als blijkt dat de inschatting tijdens de dienstverlening significant wijzigt, de consument hierover pro-actief en tijdig door de bemiddelaar of adviseur wordt geïnformeerd.

Reikwijdte actieve provisietransparantie

De regels omtrent actieve provisietransparantie zijn van toepassing op overeenkomsten inzake schadeverzekeringen die zijn aangegaan op of na 1 juli 2024. De vraag wanneer er een nieuwe  overeenkomst is aangegaan is een civielrechtelijke vraag en ter beoordeling van partijen zelf. Wij kunnen ons voorstellen dat het in de praktijk niet altijd duidelijk is wanneer er een overeenkomst is aangegaan ná 1 juli 2024, bijvoorbeeld bij prolongatie van bestaande schadeverzekeringen die zijn afgesloten vóór 1 juli 2024. Dit hangt af van de omstandigheden van het geval, maar in elk geval wanneer er sprake is van een wezenlijke wijziging van de essentiële onderdelen van de overeenkomst.

In de praktijk kan het lastig zijn om onderscheid te maken tussen prolongaties mét wezenlijke wijzigingen en prolongaties zonder wezenlijke wijzigingen. Bovendien is het doel van regelgeving om het gesprek over de dienstverlening op gang te brengen. Wij bevelen partijen daarom aan om, als in de praktijk bij prolongatie niet duidelijk is wanneer sprake is van een nieuwe overeenkomst, te handelen volgens de regels van actieve provisietransparantie.

Transparantie aanbrengvergoedingen

Om het gelijke speelveld tussen directe aanbieders en adviseurs en bemiddelaars te borgen, komen er ook aanvullende verplichtingen voor directe aanbieders. Vanaf 1 juli 2024 moeten directe aanbieders volgens artikel 61 BGfo aan hun cliënten actief communiceren over kenmerken van de dienstverlening en de aard en het bedrag van de vergoeding die zij aan derden, niet zijnde adviseurs en bemiddelaars, betalen voor het aanbrengen van een nieuwe cliënt. Hierbij gaat het om cliënten die via de website van de derde partij op de website van de directe aanbieder komen en daar een verzekering afsluiten. Deze transparantieverplichting heeft niet alleen betrekking op consumenten, maar ook op de zakelijke markt. Bovendien geldt deze verplichting ook voor in Nederland opererende directe aanbieders uit andere EU-lidstaten.

Nevenverzekeringstussenpersonen

Uit artikel 7 Vrijstellingsregeling Wft volgt dat, onder bepaalde voorwaarden, bemiddelaars zijn vrijgesteld van de vergunningsplicht van artikel 2:80 Wft. Bijvoorbeeld reisbureaus en fietshandelaren zijn vrijgesteld als zij bemiddelen in verzekeringen in aanvulling op de levering van een zaak of de verlening van een dienst. Dit zijn de zogenoemde nevenverzekeringstussenpersonen.

Nevenverzekeringstussenpersonen zijn op grond van artikel 63a BGfo verplicht om bij koppelverkoop informatie over de kosten en bijbehorende lasten van elk financieel product respectievelijk elke dienst te verstrekken aan consumenten. Hoewel nevenverzekeringstussenpersonen vrijgesteld zijn van de regels omtrent actieve provisietransparantie beveelt de AFM nevenverzekeringstussenpersonen aan, in het verlengde van de informatieverplichtingen inzake koppelverkoop, ook te handelen volgens de principes van actieve provisietransparantie. Actieve provisietransparantie heeft immers als primair doel dat consumenten in staat worden gesteld om te beoordelen hoe de dienstverlening zich verhoudt tot de betaalde prijs. Om die beoordeling mogelijk te maken, moet een consument wel kunnen beschikken over de informatie. Actieve transparantie draagt daar ook aan bij.

Toezicht op actieve provisietransparantie

Uitgangspunt bij ons toezicht is gelijk aan het doel van de regelgeving omtrent actieve provisietransparantie: wordt het consumenten duidelijk welke dienstverlening er verwacht kan worden en tegen welke prijs. En vindt het goede gesprek hierover plaats? Wij zullen hier de komende periode in ons toezicht de aandacht op vestigen. Wij blijven daarom in gesprek met de markt over de naleving van deze regelgeving in de praktijk, ook met het oog op de evaluatie van deze regelgeving over drie jaar.