Go to content
""
Artikel 12/12/24

Veel aanbevelingen in nieuw RPO-rapport, we lichten er 5 uit

Op een aantal terreinen worden risicopreferentieonderzoeken (RPO’s) steeds beter. Tegelijk blijven er aandachtspunten. Later deze maand publiceren we een nieuw rapport op basis van onderzoek naar RPO’s van 10 pensioenfondsen. We raden de pensioensector aan kennis te nemen van het hele rapport, maar zetten hier alvast 5 punten op een rij.

 

1. Zorg voor voldoende bereik in het RPO

Een duidelijke verbetering is dat vrijwel alle onderzochte RPO’s dit keer voldoende bereik hebben om ook hoge en lage risicoaversies van deelnemers te kunnen meten. Dat komt waarschijnlijk doordat in alle onderzochte RPO’s van ná 1 juli 2023 de ‘relatieve risicoaversie’ is uitgerekend, wat sinds die datum ook verplicht is. In ons vorige rapport uit 2023 signaleerden wij dat in meerdere RPO’s het bereik te sterk begrensd was, zowel aan de boven- als onderkant. Lees onze Q&A’s voor meer informatie over de relatieve risicoaversie.

2. Leg respondenten alleen geschikte vragen voor over afweging risico/rendement

Minder vooruitgang zien we bij de afwegingen die deelnemers in het RPO moeten maken tussen risico en rendement. We zagen regelmatig RPO-vragen waarbij een keuze wel een hoger verwacht rendement liet zien, maar niet of nauwelijks een toename in risico. Zulke vragen bieden geen bruikbaar inzicht in de risicotolerantie van deelnemers. Ongeschikte vragen lijken vooral voor te komen bij langere beleggingshorizonnen. Wij verwachten dat pensioenuitvoerders zulke vragen in toekomstige RPO’s niet meer aan deelnemers voorleggen.

3. Maak de uitvraag niet onnodig complex

Besteed bij het opstellen van het RPO extra aandacht aan de werkbaarheid van de vragenlijst: niet te lang, niet te complex. Dit verhoogt de kans op volledige afronding van het RPO en leidt tot een hogere betrouwbaarheid. Vermijd waar mogelijk vragen waarbij deelnemers zelf financiële informatie moeten opzoeken of inschatten, evenals vragen over brutobedragen of bedragen exclusief AOW. Veel deelnemers vinden het lastig om percentages of vaktermen goed te begrijpen. Bedenk van tevoren of je wel conclusies kunt trekken uit antwoorden op een vraag. Bij het onderdeel risicodraagvlak zagen we veel kwalitatieve vragen, die maar beperkt gebruikt werden in de conclusies.

4. Leg het RPO goed vast

We verwachten dat pensioenuitvoerders alle onderdelen van het RPO zorgvuldig vastleggen. Dat is onder meer belangrijk om resultaten en conclusies met toekomstige RPO’s te kunnen vergelijken. Leg ook vast welke onderdelen van het RPO je niet gebruikt hebt bij het bepalen van risicodraagvlak of -tolerantie en welke verbeterpunten je hebt geïdentificeerd. Daarmee kun je je volgende RPO verbeteren.

5. Zorg dat RPO-resultaat afleidbaar is uit gegeven antwoorden

De resultaten van het RPO volgen vaak uit een combinatie van antwoorden op kwantitatieve en kwalitatieve vragen aan deelnemers. Het moet transparant zijn hoe gecombineerde resultaten tot stand zijn gekomen. Dit voorkomt dat er belangrijke informatie wegvalt in de conclusies en helpt later bij de verantwoording van de vertaling van het RPO naar de risicohouding.

Contact bij dit artikel

AFM

Wilt u het laatste nieuws van de AFM ontvangen?

Schrijft u zich dan in voor onze nieuwsbrief, dan houden wij u op de hoogte.