Go to content

Geheimhoudingsplicht

De AFM kent een wettelijke geheimhoudingsplicht. Deze geheimhoudingsplicht is vastgelegd in de Wet op het financieel toezicht (Wft). De Wft bepaalt dat alle vertrouwelijke gegevens en inlichtingen die de AFM door haar toezicht heeft verkregen, geheim zijn. De Wft verstaat onder vertrouwelijke informatie in elk geval concurrentiegevoelige informatie en informatie die een disproportionele inbreuk maakt op de persoonlijke levenssfeer. Reeds openbare informatie is in elk geval geen vertrouwelijke informatie die onder de geheimhoudingsplicht van de AFM valt.

Hoewel de AFM transparantie over haar toezicht van groot belang acht, zijn wij terughoudend met het geven van informatie over bijvoorbeeld onderzoeken die worden gestart. Dit omdat de AFM zorgvuldig moet zijn in al haar communicatie en dus steeds alle betrokken belangen tegen elkaar moet afwegen.

Bij deze afweging kan bijvoorbeeld relevant zijn of onderzoeksbelangen van de AFM of het Openbaar Ministerie, of prudentiële belangen zich verzetten tegen externe communicatie over lopende onderzoeken. Ook het privacybelang van onderzochte personen of bedrijven weegt uiteraard zwaar, maar is niet altijd doorslaggevend. Maatschappelijke onrust of sterke speculaties rondom bepaalde onderzoeken van de AFM kan er bijvoorbeeld toe leiden dat de AFM juist wel communiceert.

Ook de informatie die de betrokken onderneming zelf verspreidt, kan van betekenis zijn. Onjuiste informatie over de activiteiten van de AFM kan aanleiding geven de juiste feiten weer te geven. Daaronder valt ook het opzettelijk en openlijk tegenspreken van lopende AFM-onderzoeken, ondanks gerichte vragen daarover vanuit de media. Wanneer de AFM communiceert over lopende onderzoeken, geeft zij daarbij slechts in neutrale zin aan dat het nog om een onderzoek gaat waarvan de uitkomsten nog niet bekend zijn.

Zodra een onderzoek is afgerond, vloeit uit de Wft voort dat de AFM in bepaalde gevallen actief communiceert over geconstateerde overtredingen en daaruit voortvloeiende toezichtmaatregelen ten aanzien van financiële instellingen of personen. Het gaat dan om de volgende gevallen:

- Het opleggen van een bestuurlijke boete of last onder dwangsom bij een overtreding van de wet- en regelgeving waarop de AFM toeziet. De AFM moet een dergelijke sanctie openbaar maken, tenzij de openbaarmaking eventueel strijdig zou zijn met de doelstellingen van het gedragstoezicht. Dat laatste is niet snel het geval. Bij openbaarmaking wordt een korte tekst over het opleggen van de boete of de last onder dwangsom gepubliceerd, als ook de beschikking die heeft geleid tot het opleggen van de boete of de last. Deze beschikking - geschoond van vertrouwelijke informatie - wordt gepubliceerd op de website van de AFM.

- Een openbare waarschuwing. Bij een vermoeden van illegale praktijken (het aanbieden of verlenen van financiële diensten zonder een vereiste vergunning van de AFM) die een inbreuk maken op de bescherming van de consument kan de AFM een openbare waarschuwing geven. De lijst met instellingen waartegen de AFM heeft gewaarschuwd is te raadplegen op de consumentsite van de AFM. Ook de instellingen waartegen buitenlandse toezichthouders waarschuwen zijn hier terug te vinden.